Onderwijs

De zorg voor onderwijs is vastgelegd in de grondwet. De bevoegdheden worden gedeeld door gemeenten, de Rijksoverheid en schoolbesturen.

Gemeenten hebben wettelijke taken op het gebied van onderwijshuisvesting, leerplicht, leerlingenvervoer en onderwijsachterstanden. Daarnaast zetten gemeenten in op ‘consensusvoorzieningen’ (schoolzwemmen, cultuuronderwijs en verkeersonderwijs). Gemeenten ontvangen hiervoor middelen uit het gemeentefonds.

Inzet gemeentelijke middelen

  • periodiek onderhoud naar scheefheden in de verdeling (herijkingsonderzoek) van het gemeentefonds
  • in beeld brengen relevant bedrag bij taakverschuivingen op het gebied van onderwijs (zowel onderwijshuisvesting als overige onderwijsaangelegenheden) en adviseren over de verdeling
  • analyse naar verschillen tussen gemeenten (beleid, prestaties, achtergronden)

Benchmarken gemeentelijk beleid

Het in beeld brengen en benchmarken van gemeentelijk beleid op het gebied van onderwijs in totaal of verdieping op specifieke onderdelen. Hierbij worden uitgavenpatronen vergeleken met gemeenten met vergelijkbare structuurkenmerken (zoals verstedelijking, inwonertal en aanwezigheid van speciaal onderwijs), organisatiekenmerken (bezetting, samenwerking) en prestatie-indicatoren (schooluitval, RMC-trajecten).

Onderwijsachterstandenbeleid

Zowel gemeenten als scholen ontvangen middelen voor de bestrijding van onderwijsachterstanden en het vorderen van gelijke kansen. Gemeenten ontvangen die middelen in een specifieke uitkering. Voor schoolbesturen zijn die middelen geoormerkt opgenomen in de lumpsum-uitkering. Cebeon heeft onderzoek gedaan naar de verdeling en inzet van beide middelenstromen.